Waarom ben je bang?
Het stormt op het meer van Galilea, de boot stroomt vol, Jezus slaapt en Zijn discipelen zijn bang; het is een bekend Bijbelverhaal waar al veel over gezegd en geschreven is. Er zijn veel lessen uit te trekken. Vandaag wil ik met je stilstaan bij de angst die de discipelen ervoeren en de indringende vraag die Jezus hen daarover stelt.
De geschiedenis* begint met Jezus die bevel geeft om naar de overkant van het meer te varen. Zo stapt Jezus in een bootje, Zijn discipelen volgen Hem en stappen ook aan boord. Wanneer ze een stukje gevaren hebben, wordt het water ruwer: een storm steekt op. De golven slaan overboord en de boot loopt vol met water. De discipelen scheppen met man en macht water uit de boot, maar maken geen schijn van kans tegen de storm. En ondertussen… ligt Jezus te slapen.
*Je leest de geschiedenis zelf terug in Markus 4, Lukas 8 en Mattheüs 8.
In paniek komen de discipelen bij Hem en wekken Hem: "Heere, red ons, wij vergaan!" Jezus bestraft de wind en de zee en legt deze het zwijgen op. Maar Hij stelt ook een indringende vraag: "Waarom bent u zo angstig? Hebt u dan geen geloof?"
De discipelen hadden alle reden om bang te zijn. Hun boot liep vol water, als dit nog even zo doorging zouden ze zinken. Hoe kan het dan dat Jezus vraagt waarom ze bang zijn?
Ik denk dat Jezus het niet had over die angst voor de storm op zich. Een klein bootje in een grote storm is vreselijk eng. Hun angst was realistisch. Maar… in hun angst hadden de discipelen geen rekening gehouden met God die bij hen was.
Ongeloof
Jezus had bevel gegeven om naar de overkant te varen. Hij had dan wel geen belofte gedaan dat ze daar aan zouden komen, maar zou Hij een bevel geven dat ze niet konden uitvoeren? De discipelen mochten geloven dat als Hij deze opdracht gaf, ze ook daadwerkelijk aan de overkant zouden aankomen. Maar de discipelen hadden de uitkomst al bepaald: "Wij vergaan!" Hun geloof dat wat Jezus zei waar was en gebeuren zou, werd overstelpt door hun eigen beredeneren.
Ook leken de discipelen te vergeten hoeveel Jezus om hen gaf. Toen ze bij Hem kwamen vroegen ze het direct: "Meester, bekommert U zich er niet over dat wij vergaan?" Ze vroegen Hem of het Hem wel uitmaakte. Hij was hun Vriend. Tuurlijk maakte Hem dat uit! Tuurlijk zou Hij hen redden! Of waren ze vergeten dat Hij dat kon? Was hun beeld van wie Jezus was veel te klein? Het was makkelijk de conclusie te maken dat omdat Hij sliep en omdat Hij hen niet direct te hulp kwam, Hij niet meer om hen gaf. Maar dat is niet hoe Jezus is. Hij is vol van liefde. Hij zou Zijn leven gaan geven voor vijanden van God, dus tuurlijk zou Hij ook voor Zijn vrienden in de bres springen!
Het grote plaatje was ook uit het oog geraakt. De discipelen zagen de storm en de boot die volliep met water. Ze zagen op dat moment niet het plan dat God heeft met de wereld. Het verhaal van de Messias zou niet eindigen met een schipbreuk op het meer van Galilea. God zou door Jezus heen redding brengen. De boot kon niet zinken zolang Jezus aan boord was. Zijn werk op aarde was nog niet volbracht en dus was dit nog niet het einde. De discipelen konden dit niet meer zien, omdat de angst de controle overnam.
"In hun angst hadden de discipelen geen rekening gehouden met God die bij hen was."
Onze stormen
Toen ik erover nadacht, drong het tot me door: in onze stormen komen wij vaak dezelfde drie dingen tegen als de discipelen.
We rennen wel naar Jezus toe voor redding, maar zijn bang omdat we eigenlijk niet zeker zijn dat Zijn Woorden kloppen en dat Hij Zijn Woord houdt.
We zijn bovendien bang omdat we er niet op vertrouwen dat Hij voor ons zorgt in alles dat we tegenkomen. Zolang alles voor de wind gaat, lukt het wel om Hem als goed te zien, maar zodra er een storm opsteekt, neemt de twijfel toe.
En ten derde zijn we bang omdat we vooral gericht zijn op de problemen die we nu ervaren in plaats van op hoe God deze zal gebruiken voor iets goeds. Of we houden ons zo bezig met onze problemen, dat we niet gericht zijn op de heerlijkheid die voor ons ligt. Al met al missen we zo het grotere plaatje.
"Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God; en de vrede van God, die alle begrip te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten bewaken in Christus Jezus." - Filippenzen 4:6-7
Hoe dan wel?
Soms maken we van iets kleins een groot probleem. Maar ook heel vaak zijn de problemen die wij zien, menselijkerwijs enorm realistisch en onze angst daarmee ook. Tegelijk kan ons geloof een enorm verschil maken en hoeven we niet in paniek te raken. Onze God kan ons namelijk door elke storm heen tillen. Laten we de vormen van ongeloof opnieuw langsgaan en onszelf herinneren aan wie God is en wat Zijn Woord zegt.
Vind je het moeilijk om te blijven vertrouwen op Gods Woord? Herinner jezelf er dan aan dat God anders is dan mensen, Hij liegt niet. Alles wat Hij zegt is waarheid.
Het is waar dat Hij een goede Vader is en dat Hij beter voor ons zorgt dan welke aardse vader dan ook (Mat 7:11). Het is waar dat niets ons van Zijn liefde kan scheiden (Rom 8:38-39). Het is waar dat Hij met de verzoeking ook de uitkomst zal geven (1 Kor 10:13). Het is waarheid dat Hij overwonnen heeft en dat wij met Hem meer dan overwinnaars zijn (Rom 8;37). Het is waar dat Hij rust en vrede zal geven (Mat 11:28, Fil 4:6-7). Als Hij het zegt, dan is het zo.
"God is geen man, dat Hij liegen zou, of een mensenkind, dat Hij ergens berouw over hebben zou. Zou Hij iets zeggen en het dan niet doen? Zou Hij spreken en het niet gestand doen?" - Num 23:19
Is het voor jou in stormen lastig om te blijven vertrouwen dat God goed is en om je geeft? Weet dan dat God niet verandert. Onze omstandigheden maken God niet minder goed en maken Hem ook niet beter. Hij is door en door goed en daar kan niks en niemand iets aan veranderen. En Hij bekommert zich echt om je!
"Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid." - Hebr 13:8
Raak jij al gauw het grote plaatje kwijt wanneer er zich moeilijkheden voordoen? Vergeet dit dan niet: God laat alle dingen meewerken ten goede voor hen die Hem liefhebben (Rom 8:28). Soms ziet dat er anders uit dan wij bedacht hadden. Gods definitie van goed is namelijk compleet anders dan de definitie die de wereld heeft. Weet dit: Zijn definitie is ook duizenden keren beter. Hij heeft een prachtig plan met deze wereld en Hij stopt niet voordat het voltooid is.
"En zie, Ik kom spoedig en Mijn loon is bij Mij om aan ieder te vergelden zoals zijn werk zal zijn. Ik ben de Alfa, en de Omega, het Begin en het Einde, de Eerste en de Laatste. Zalig zijn zij die Zijn geboden doen, zodat zij recht mogen hebben op de Boom des levens, en opdat zij door de poorten de stad mogen binnengaan." - Opb 22:12-14
Verder op reis
Misschien zit je nu in een storm en vraag je je af of God zich wel om je bekommert. Misschien heb je eerder stormen gekend die je volledig door elkaar hebben geschud. Zeker is in ieder geval dat we allemaal stormen tegenkomen. Ik hoop dat de vraag die Jezus aan Zijn discipelen stelde, jou ook mag stilzetten. Als je nog even tijd hebt, reflecteer dan op onderstaande vragen en lees daarna het voorgaande kopje nog eens terug om de waarheid in je hart te laten landen.
Zie ik God als betrouwbaar? Geloof ik dat wat Hij zegt gebeurd?
Zie ik God als liefdevol? Geloof ik dat Hij voor me zorgt?
Zie ik God als groot? Geloof ik dat Hij door het vreselijkste heen iets ten goede kan werken?
Het lijkt soms zo bizar en onmogelijk, maar met Jezus kun je werkelijk slapen in een storm, vertrouwend op je Hemelse Vader. Hij houdt Zijn Woord, Hij zorgt voor je en Hij heeft een geweldig plan. Die boot van jou gaat niet ten onder, zolang Hij aan boord is!